Wormbestrijding bij de kat
De European Scientific Counsel Companian Animal Parasites (ESCCAP), is een onafhankelijke niet-commerciële organisatie die als doel heeft het opstellen van richtlijnen voor een goede wormbestrijding bij katten. In deze gezaghebbende groep zitten een aantal gerenommeerde Europese parasitologen.
Onder Nederlandse omstandigheden zijn bij de kat zijn slechts een beperkt aantal maagdarmwormen van belang. De belangrijkste is de spoelworm die als volwassen worm in de darmen van uw kat verblijft. Daarnaast zijn van belang de haakworm en de lintworm.
Een goede wormbestrijding bij katten berust op drie pijlers.
- Laat tenminste 2 maal maar beter 4 maal per jaar de ontlasting van uw kat controleren op de aanwezigheid van wormeitjes. Bij een positief onderzoek behandel dan uw kate met een goed werkzaam ontwormingsmiddel. VPL ‘Het Woud’ kan u daarbij adviseren en heeft een breed spectrum aan middelen beschikbaar.
Als alternatief kunt u uw huisdier 4 maal per jaar blind behandelen. Dat wil zeggen dat u niet weet of u kat wel een behandeling nodig heeft. Deze laatste manier van wormbestrijding heeft bij ander diersoorten tot grote problemen geleid met wormresistentie; wormmiddelen werken op termijn niet meer. Goede wormmiddelen zijn bij ons verkrijgbaar.
Voor kittens is het advies om standaard op 3, 5, 7 weken te behandelen, met vervolgens een maandelijkse behandeling of een maandelijks ontlastingsonderzoek totdat de kittens 6 maanden oud zijn. Het zijn vooral de kittens die de wormcyclus in stand houden en de omgeving besmetten met eitjes en larfjes. - Honden en katten moeten zoveel mogelijke commercieel voer krijgen, of voer dat voldoende is gekookt, om zo infectie door ongekookt vlees te voorkomen. Huisdieren mogen geen toegang krijgen tot dode knaagdieren, karkassen, nageboortes of afgedreven foetussen van schapen of runderen.
- Hygiëne is de derde pijler onder een goede wormbestrijding. Houdt de omgeving van uw kat vrij van ontlasting(sresten)! De eitjes van spoelwormen kunnen jaren lang overleven en zijn de bron voor toekomstige besmettingen voor uw dier en uzelf. Risico groepen voor het oplopen van een wormbesmetting zijn mensen met een verlaagde weerstand (bijv. bejaarden) en kinderen. Speel- en trapveldjes voor kinderen zijn verboden terrein voor honden. Laat kinderen hun handen wassen nadat ze een kat geaaid hebben. Ook zullen zandbakken van kinderen moet worden afgedekt, opdat huisdieren geen mogelijkheid krijgen hier te poepen.